Kwalitatieve dyslexiezorg: een fundament voor gelijke kansen
In Nederland is de dyslexiezorg voor kinderen met ernstige dyslexie (ED) zorgvuldig georganiseerd binnen het bredere kader van passend onderwijs. Het onderwijs heeft hierbij een spilfunctie: scholen zijn verantwoordelijk voor preventie, signalering en begeleiding van lees- en spellingproblemen. Pas wanneer een leerling ondanks intensieve ondersteuning onvoldoende vooruitgang boekt, kan diagnostiek naar ED volgen en komt gespecialiseerde zorg in beeld. Deze zorg valt onder de Jeugdwet en moet aan hoge kwaliteitscriteria voldoen. Daarmee is professionele dyslexiezorg een cruciale schakel in de ondersteuning van kinderen die structureel vastlopen bij het lezen en spellen.
De Branchevereniging Dyslexiezorgaanbieders (BDZA) speelt hierin een belangrijke rol. De BDZA vertegenwoordigt professionele organisaties die erkende en wetenschappelijk onderbouwde dyslexiezorg bieden aan kinderen met ED. Deze zorg is snel beschikbaar, dichtbij georganiseerd en van aantoonbaar hoge kwaliteit. De leden van de BDZA zijn gebonden aan een kwaliteitskeurmerk dat borg staat voor deskundigheid, effectiviteit en doelgerichtheid van de geboden hulp. Daarmee garandeert de BDZA dat kinderen met ED de béste zorg krijgen – zorg die erop gericht is hen voldoende geletterd het basisonderwijs te laten verlaten.
De BDZA zet zich actief in voor het uitdragen, profileren en creëren van erkenning voor het belang van hoogwaardige, professionele dyslexiezorg. Zij pleit voor blijvende geoormerkte financiering, een onafhankelijk kwaliteitsinstituut en versterkte samenwerking met het onderwijs en beleidsmakers. Want ieder kind heeft het recht om goed te leren lezen en spellen – en dat recht moet ondersteund worden met zorg die werkt.
Deze zorg sluit aan bij en is onmisbaar onderdeel van de landelijke norm voor basisondersteuning, en kwalitatief goede gestapelde zorg voor lezen en spellen in het primair onderwijs. Dit systeem bestaat uit drie niveaus:
- Ondersteuningsniveau 1: de reguliere, effectieve instructie en begeleiding in de klas. Hier wordt ingezet op preventie door goed onderwijs voor álle leerlingen.
- Ondersteuningsniveau 2: extra begeleiding voor leerlingen die risico lopen op achterstanden. Dit gebeurt in kleine groepjes met aangepaste instructie.
- Ondersteuningsniveau 3: intensieve, individuele begeleiding binnen de school door taal/leesspecialisten.
Als ook deze ondersteuning onvoldoende helpt, komt de professionele zorg van erkende dyslexiezorgaanbieders in beeld – hier ligt het werkterrein van de BDZA-leden. Door professioneel en effectief in te grijpen waar het echt nodig is, dragen de leden van de BDZA bij aan gelijke kansen in het onderwijs. Zij bieden kinderen met ernstige dyslexie niet alleen de juiste zorg, maar ook perspectief op volwaardige deelname aan de samenleving.
